Autisme

Geschreven door
Categorie: Kennisbank
Gepubliceerd: 16 juni 2015
Hits: 45974

Wie kent niet de film Rainman waarin Dustin Hoffmann een man met autisme speelt die de moeilijkste wiskundevraagstukken kan oplossen en weet welke vliegtuigongelukken er allemaal zijn geweest? Deze persoon gedraagt zich als een mens met typisch klassieke autisme. Er zijn verschillende vormen van autisme, maar bij elke variant geldt dat zintuiglijke waarnemingen op een andere manier de hersenen binnenkomen. Bij mensen zonder autisme maken de hersenen er automatisch een geheel van. Heel veel bomen bij elkaar is een bos. Daar denk je niet over na. Maar mensen met autisme zien heel veel bomen. Ze kunnen eigenlijk niet zo goed onderscheiden wat zinvolle informatie is en wat niet. Ze zien, horen, ruiken, proeven en voelen álles. En dat is veel. Mensen met autisme raken hiervan in de war en worden vaak ook bang. Ze vinden het moeilijk te begrijpen wat er écht is, wat gaat komen of wat er is geweest.

Sommige mensen met autisme kunnen best zelfstandig leven, in een eigen huis. Anderen wonen onder professionele begeleiding. Veel mensen met autisme hebben ook andere problemen zoals depressie of angst.

Hoe voelt het?
Als je autisme hebt, ervaar je de wereld om je heen als chaos. Daarom vind je het prettig als alles in een vaste volgorde gaat. Je kunt er slecht tegen als dingen veranderen of anders gaan dan je van te voren had gedacht. Dan begrijp je de wereld niet meer. Je wordt bang. Waarschijnlijk vind je het moeilijk en ingewikkeld om met anderen om te gaan. Vaak snap je niet wat gebaren of lichaamstaal betekenen en daardoor begrijp je niet wat iemand eigenlijk bedoelt. Grapjes heb je ook meestal niet door. Je vindt het ook lastig aan te voelen wanneer je een gesprek begint, wanneer de ander aan de beurt is om iets te zeggen, wanneer je een gesprek eindigt en hoe je ziet dat de ander nog geïnteresseerd is in wat jij te zeggen hebt. Dat komt doordat je het heel lastig vindt om je in te leven in anderen. Als je iemand ziet huilen, dan ben je eerder onder de indruk van het vocht dat uit zijn of haar ogen stroomt dan dat je je druk maakt over wat er met die persoon aan de hand zou zijn.

Ook neem je alles vaak heel letterlijk. Zo kan het zijn dat iemand met autisme niet in het donker naar buiten durft omdat hij iemand heeft horen zeggen dat ‘de nacht valt’. Een nacht kan niet vallen, hiermee wordt bedoeld dat het langzaam avond en donker wordt. Als je autisme hebt, dan praat je het liefst over de onderwerpen waar jij door gefascineerd bent (en dat kunnen de meest onverwachte dingen zijn, zoals: spoorwegboekjes of landkaarten) omdat je hier rustig van wordt. Het zorgt voor duidelijkheid in de wereld die jij als chaotisch ervaart. Misschien vind je het ook verwarrend wat je in bepaalde situaties nu wel of niet moet of mag doen. Want waarom zoen je je moeder bij het afscheid, maar de mevrouw achter de kassa niet? Als je autisme hebt, dan moet je dit soort dingen leren en onthouden. Het wordt nooit een automatisme.


Welke soorten autisme zijn er?

Tot 2016 kregen mensen die de diagnose autisme kregen ook altijd te horen welke vorm van autisme zij hadden. Deze vormen waren klassiek autisme, Asperger en PDD-NOS. Mensen met klassiek autisme zouden meer moeite hebben om te leren praten en maken herhaaldelijk dezelfde bewegingen (bijvoorbeeld met hun handen wapperen of hun vingers uitstrekken), terwijl mensen met Asperger juist moeite lijken te hebben met sociaal contact. Mensen die van allebei de vormen kenmerken hebben, kregen meestal de diagnose PDD-NOS. Ieder mens, en dus ook ieder mens met autisme, is een beetje anders en daardoor bleek het heel moeilijk om precies vast te stellen welke vorm van autisme iemand nou had. Zelfs professionals konden er niet altijd achter komen.

In de afgelopen jaren hebben experts op het gebied van psychische stoornissen daarom veel onderzoek gedaan en zij zijn tot het besluit gekomen om in plaats van verschillende vormen van autisme, één vorm te maken. Deze vorm noemt men de Autisme Spectrum Stoornis (ASS). Vanaf januari 2017 zijn de verschillende vormen van autisme dus vervallen en krijgt iemand alleen de diagnose ASS. Het voordeel hiervan is dat mensen niet meer per ongeluk de verkeerde diagnose krijgen. Voor mensen die eerder een diagnose hebben gehad en daardoor ook een bepaalde vorm toegekend hebben gekregen, kan de overgang misschien lastig zijn. Het is immers best vreemd om een diagnose te krijgen en een poos later ineens te horen dat de vorm die je hebt, is samengevoegd met een aantal andere vormen van autisme. Andere mensen die al een bepaalde vorm van autisme gediagnosticeerd hebben gekregen, vinden de overgang juist wel fijn. Zij herkenden zichzelf misschien niet zo goed in de vorm die zij leken te hebben en vinden het prettig dat ze niet meer in een hokje worden gestopt. Als jij het moeilijk vindt dat er veranderingen hebben plaatsgevonden binnen de diagnose of als je niet goed begrijpt wat dit voor jou betekent, kun je hier altijd over praten met je behandelaar of huisarts.


Waar komt het door?
De meeste psychische stoornissen zijn er al vanaf je geboorte. Ze zitten in je genen. Ze zijn in aanleg aanwezig. Je kunt het zien als een tv die op stand by staat. Pas als het knopje ‘aan’ wordt ingedrukt, gebeurt er iets. In dit geval in je lijf en in je hoofd. Dat knopje kan op verschillende momenten en op de meest uiteenlopende manieren worden ingedrukt. Als je wordt geboren met autisme of ADHD, dan zijn de symptomen vaak al in de kindertijd zichtbaar. Autisme en ADHD gaan ook niet over, dat heb je je hele leven. Door een goede begeleiding van de persoon met autisme of ADHD en van zijn omgeving waarbij mensen leren wat mensen met autisme of ADHD nodig hebben om fijn te kunnen leven, kunnen de symptomen wel minder of minder heftig worden.

Andere stoornissen, zoals schizofrenie of borderline, gaan ‘aan’ als je wat ouder bent. Maar dat hoeft niet altijd. Bij sommigen blijft de stoornis hun hele leven op stand by staan. Als jij bijvoorbeeld een geweldige jeugd hebt, met superouders en andere mensen die je vertrouwt en bij wie je je veilig voelt, het gaat goed op school en er zijn genoeg leuke dingen die je doet, dan krijg je misschien geen last van die stoornis. Maar als je bijvoorbeeld veel nare dingen meemaakt in je jeugd óf je hebt een wat somberder karakter, dan kan het knopje worden ingedrukt.

Maar dit is niet voor twee mensen hetzelfde. Ook al word je met aanleg voor dezelfde stoornis geboren, heb je precies dezelfde jeugd en hetzelfde karakter, dan nog kan het zijn dat die ander last van de stoornis krijgt en jij niet of dat jouw klachten ernstiger of juist minder ernstig zijn. Niemand weet precies hoe dat zit. Daarom wordt er veel onderzoek naar gedaan. Het enige wat wel zeker is, is dat het gaat om een samenspel van biologische, sociale en psychologische factoren. Misschien is er in je familie wel iemand die hetzelfde heeft (biologische factor). Erfelijkheid lijkt bij autisme een rol te spelen. Het kan ook komen doordat je opgroeit in een omgeving met omstandigheden die er toe kunnen bijdragen dat de symptomen van autisme eerder of juist later zichtbaar worden (sociale factor). Bijvoorbeeld als een kind de eerste vier jaar van zijn leven thuis opgroeit en niet naar een peuterspeelzaal of kinderdagverblijf gaat, is er misschien wel niks van de autisme symptomen zichtbaar. Maar als het kind naar school gaat en ineens met andere kinderen moet gaan spelen en allemaal nieuwe geluiden hoort en aan allerlei regels moet voldoen dan kunnen de autisme symptomen ineens zichtbaar worden. Omdat het kind dan overspoeld wordt door prikkels waar hij of zij niet mee om weet te gaan. En dan is er nog het deel dat zich in je eigen persoonlijkheid of karakter afspeelt (psychologische factor). Ben je bijvoorbeeld iemand die van nature alles vrolijk ziet en ga je uitdagingen niet uit de weg of ben je meer iemand die problemen het liefst uit de weggaat.


Hoe vaak komt het voor?
In Nederland zijn er ongeveer 190.000 mensen met autisme. Het lijkt wel of er steeds meer bij komen. Dat komt doordat er meer bekend is over deze stoornis en de symptomen die hier bij horen. Ouders, leerkrachten en hulpverleners hebben het nu eerder in de gaten als iemand autistisch is. De laatste jaren wordt ook bij steeds meer volwassenen autisme ontdekt. Vaak merkt de partner iets aan diegene of herkent de vader of moeder van een kind met autisme dezelfde kenmerken bij zichzelf.

Verder is onze maatschappij vergeleken met dertig jaar geleden een stuk ingewikkelder. Vroeger was er een duidelijke rolverdeling tussen man en vrouw, het was duidelijk hoe je je tegenover de meester op school moest gedragen of tegen je baas op het werk. Alle sociale regels waren duidelijker. Voor mensen met autisme was dat prettiger. Nu zijn die sociale regels niet meer zo strak als vroeger. Er wordt veel meer dan vroeger verwacht dat je flexibel bent, goed kan samenwerken en bijvoorbeeld grappig bent. Mannen en vrouwen zijn gelijk, de meester heet nu Jan en de baas is jij en jou. Dat maakt het voor mensen met autisme een stuk ingewikkelder. Daardoor lopen ze eerder en vaker tegen problemen aan en komen ze ook vaker en eerder bij de hulpverlening terecht. Er worden meer eisen gesteld op het gebied van sociale contacten en communicatie. Ook het onderwijs is veranderd. Vroeger werden de lessen klassikaal gegeven. De juf of meester gaf duidelijke opdrachten. Nu moeten jongeren zelf planningen maken en samenwerken. En in plaats van simpele rekensommen zoals 1 + 1, bestaan opdrachten nu uit een verhaal waaruit de leerling zelf moet zien te snappen wat de vraag is. Hierdoor raken jongeren met autisme eerder in de problemen. Die kunnen vaak niet onderscheiden wat de belangrijkste informatie is. Ze raken de weg kwijt tijdens het lezen.

Autisme is voor een groot deel erfelijk. Als een volwassene met autisme kinderen krijgt, is de kans groot dat het kind ook autisme heeft. Het komt vaker voor bij jongens en mannen dan bij meisjes en vrouwen. Waar dit precies door komt, weten onderzoekers nog niet.


Wat is je diagnose?
Om er precies achter te komen waar je gedrag en gevoelens mee te maken hebben, moet je onderzocht worden. Als je een bot breekt, is dat simpel: er wordt een röntgenfoto gemaakt, het bot wordt weer aan elkaar gezet, je krijgt er gips omheen en na een aantal weken is het genezen. Met psychische stoornissen is het vaak een stuk moeilijker om erachter te komen wat je precies hebt. Ook bij autisme kan dat lastig zijn.

Bij sommige kinderen zijn de symptomen van autisme zo sterk aanwezig dat het al duidelijk wordt als ze twee of drie jaar zijn. Maar soms is het pas te merken dat een kind zich anders gedraagt dan leeftijdsgenoten als hij of zij naar school gaat. Het kan ook dat autisme nóg later pas voor problemen zorgt. Bijvoorbeeld als iemand van de basisschool naar de middelbare school gaat, op kamers gaat wonen of stage gaat lopen. Dit zijn van die situaties waarin de vertrouwde veilige wereld verandert. Iedereen moet in dit soort situaties even wennen, maar bij mensen met autisme kan dit echt  echt problemen op leveren.

De huisarts kan niet vaststellen of je autisme hebt. Die moet je doorverwijzen naar een psychiater of psycholoog. Als je onder de zestien bent, moet je altijd samen met je ouders of iemand die officieel het gezag over je heeft (bijvoorbeeld een voogd) naar de psychiater of psycholoog. Zo staat het in de wet. Boven de zestien hoeft dat niet.

Wel is het goed te weten dat alle medici, en dus ook psychologen en psychiaters, een geheimhoudingsplicht hebben. Dit betekent dat ze alleen informatie over jou mogen geven aan de mensen die je behandelen. Alleen met jouw toestemming en als je onder de zestien bent met de goedkeuring van je ouders, mogen ze het aan anderen (bijvoorbeeld je docent of sportleraar) vertellen.

Alleen een psychiater of een psycholoog mag een diagnose stellen over een psychiatrische stoornis.

Die psychiater of psycholoog voert een aantal gesprekken met jou en vaak ook met belangrijke personen uit je omgeving zoals je ouders of leerkracht. Hij vraagt natuurlijk naar je klachten, maar wil ook weten hoe het op school en thuis gaat. Ook wil hij erachter komen hoe je omgaat met gebeurtenissen en of er iets is gebeurd waardoor je klachten zouden kunnen zijn ontstaan. Hij zal proberen te begrijpen op wat voor manier jij naar de wereld, de mensen om je heen en situaties kijkt en wat je sterke en zwakkere kanten zijn. Soms moet je ook een vragenlijst invullen. Die kan gaan over hoe je je voelt of wat je denkt, maar bijvoorbeeld ook over je eetgewoonten of waar je bang voor bent.

Daarnaast kan er ook iemand bij je op school of thuis komen kijken hoe het daar met je gaat en hoe je je gedraagt. En soms ga je ook praten met een fysiotherapeut, logopedist of dramatherapeut. Dit hangt allemaal af van waar je last van hebt of tegenaan loopt en welke vragen de psychiater of psycholoog nog heeft.

Alle informatie bij elkaar wordt gebruikt om te bepalen óf en welke stoornis je eventueel hebt. Daarvoor gebruiken psychiaters en psychologen een boek waarin per stoornis staat aan welke symptomen je moet voldoen om te kunnen zeggen dat je die stoornis hebt. Een symptoom is een klacht. Pas als je een bepaald aantal symptomen hebt, is er sprake van een stoornis. Dan kan je daarvoor behandeld worden.


Hoe is het te behandelen?
Als de psychiater of psycholoog vaststelt dat je autisme hebt, kijkt hij samen met jou welke behandeling het beste bij je past en waar je het meest aan zult hebben. Soms is het ’t beste dat je één keer per week een uurtje met je behandelaar praat. Soms is het beter om meerdere keren te komen bij dezelfde behandelaar of juist bij verschillende behandelaren. En soms kan je een tijdje opgenomen worden. Dit gebeurt alleen als je een gevaar voor jezelf of je omgeving bent, bijvoorbeeld als je jezelf hebt uitgehongerd, verwond of dat je zó agressief bent dat je iemand zou kunnen verwonden. Alleen in dit soort situaties mag er zonder jouw toestemming en/of de toestemming van je ouders of verzorgers met een behandeling worden begonnen. Verder mag jij altijd een behandeling weigeren of stoppen. Wel is het zo dat de hulpverleners kunnen beslissen je niet meer te behandelen als je overal nee op zegt.

Als je tussen de twaalf en zestien jaar bent, moeten zowel jij als je ouders toestemming geven voor de behandeling. Boven de zestien geef alleen jij toestemming voor de behandeling.

Als je toestemming voor de behandeling hebt gegeven, dan maken jullie afspraken die worden vastgelegd in een behandelcontract. Daarin staat precies geschreven wat jullie gaan doen, welke doelen je wilt gaan halen. Ook staat er wanneer jullie gaan kijken hoe het gaat met de behandeling en wat er eventueel anders moet.

Er zijn veel verschillende behandelvormen, vaak werkt een combinatie van verschillende behandelvormen het beste. Je kunt individuele gesprekken hebben of in een groep met andere jongeren. Er is ook dramatherapie, dan ga je bijvoorbeeld via rollenspelen en gedichten schrijven proberen je angsten of sombere gevoelens te overwinnen of je impulsieve gedrag onder controle te krijgen. Bij een sociale vaardigheidstraining leer je hoe je zonder problemen of spanningen om kan gaan met andere mensen. Er zit vast iets tussen wat jou wat lijkt en bij jou en je problemen past!

Het belangrijkste doel van de behandeling is natuurlijk dat je klachten minder worden. Daarnaast ga je allerlei vaardigheden oefenen die belangrijk zijn voor je ontwikkeling en geestelijke gezondheid. Als dat nodig is, leer je bijvoorbeeld hoe je positiever kan gaan denken (over jezelf) of op een prettige manier contact kunt maken of hebben met anderen. Autisme is aangeboren en niet te genezen. Maar er zijn wel behandelingen die kunnen helpen om het leven met autisme wat makkelijker te maken. De persoon leert dan zijn taal te ontwikkelen en vooral hoe je taal of andere middelen als plaatjes of foto’s kan gebruiken om te communiceren, sociaal en emotioneel sterker te worden en wat flexibeler om te gaan met veranderingen.

Ook je ouders en/of school kunnen hulp aangeboden krijgen. Zij krijgen bijvoorbeeld uitleg over jouw stoornis waardoor ze je beter zullen begrijpen. Ook krijgen ze tips hoe zij jou kunnen helpen je weer prettiger in je vel te laten voelen. En ze worden zelf ook niet vergeten. De meeste ouders hebben veel voor hun kinderen over en willen ze graag helpen. Maar zorgen voor iemand met een stoornis kan erg ingewikkeld zijn en veel van ouders vragen. En het is natuurlijk niet de bedoeling dat je ouders hierdoor instorten. Dit kan voorkomen worden als ze meer van jouw problemen begrijpen. Als ouders het gevoel hebben dat zij weten hoe zij hun kind kunnen begeleiden voelen zij zich sterker. Daarnaast leren zij hoe zij ook voor zich zelf en je eventuele broers en zussen kunnen blijven zorgen.


Zijn er medicijnen voor?
Medicijnen kunnen autisme niet genezen, maar ze verminderen wel de problemen die daarbij voor kunnen komen. Zo kunnen sociale contacten makkelijker worden en slaapproblemen verminderen. Medicijnen kunnen de therapeutische behandeling en de begeleiding ondersteunen. Doordat iemand met autisme door de medicijnen rustiger in z’n hoofd wordt, staat hij meer open voor waarmee zijn ouders, leerkrachten en hulpverleners hem willen helpen.


Heb je zelf deze stoornis?

  • Waarschijnlijk heb je wel gemerkt dat je niet goed weet wat je kunt doen als je ineens tijd over hebt. Bijvoorbeeld als een afspraak wordt afgezegd of je op school ineens een tussenuur hebt. Het is handig om een lijstje te maken met wat je zou kunnen doen in die vrije tijd. Je kan hierbij hulp vragen van je ouders, leerkracht of werkgever.
  • Op internet zijn praatgroepen voor en door mensen met autisme. Hier kan je terecht voor gezelligheid en steun.
  • Spreek op school of je werk wekelijks een vast moment af met je mentor of baas om te kijken hoe het met je gaat. Wat ging er goed de afgelopen week, wat niet, waarom niet en hoe kan het beter? Wat staat er op het programma voor volgende week? Gaan er dan dingen anders dan gewoonlijk waarop jij je kunt voorbereiden? Bijvoorbeeld er is een excursie. Ga je mee of levert dat te veel stress op door alle onbekende prikkels? Of kan je wel mee maar niet in de bus omdat dat te druk voor je is, maar kan je wel mee in de auto met de leerkracht die achter de bus aanrijdt? Heb je een proefwerk, mag jij die dan met je koptelefoon of oordopjes in maken omdat je anders te veel wordt afgeleid? Zo is er voor veel situaties wel iets te verzinnen waardoor jij mee kan doen op een voor jou prettige manier.
  • Als je merkt dat je vaak dingen vergeet, gebruik dan bijvoorbeeld een notitieboekje. Hier kun je in opschrijven wat je kunt doen als je bijvoorbeeld iemand voor het eerst ontmoet. Of hang thuis een weekplanning op waarin je precies kan zien wat je wanneer en met wie gaat doen. Vergeet niet je vrije tijd ook in te voeren!
  • Je kunt begeleiding en steun krijgen bij het zoeken en vinden van school, werk of een huis. Maak hier gebruik van! Kijk voor handige adressen op www.autisme.nl
  • Lees meer over autisme in boeken of op internet.
  • Neem je eigen gevoelens en klachten serieus. Praat er met iemand over. Dit kan iemand zijn uit je directe omgeving zoals je ouders, broer of zus of een goede vriendin. En ook bijvoorbeeld je mentor of vertrouwenspersoon op school of van je werk.
  • Mocht je kenmerken van autisme bij jezelf herkennen dan raden wij je dringend aan hierover te praten met je huisarts. De huisarts kan samen met jou kijken of je zorgen terecht zijn.
  • Wacht niet met hulp zoeken! Of het nu is bij een vertrouwd iemand uit je eigen omgeving of bij professionele hulp. Schaam je niet om professionele hulp te zoeken, het is juist een kracht!

Ken jij iemand met deze stoornis?

  • Houd er rekening mee dat je met mensen met autisme niet altijd kunt communiceren zoals je met anderen gewend bent.
  • Wees duidelijk en concreet in wat je zegt. Vermijd dubbele betekenissen en figuurlijk taalgebruik.
  • Benoem wat jij zelf wilt of voelt. Mensen met autisme kunnen dit zelf niet altijd aflezen aan de non-verbale signalen die je geeft.
  • Heb respect voor de moeite die mensen met autisme moeten doen om de wereld te begrijpen. Zij moeten op haast wetenschappelijke manier leren begrijpen wat mensen zonder autisme automatisch snappen.
  • Geef mensen met autisme tijd om uit te leggen wat zij willen.
  • Iemand met autisme vindt het vaak moeilijk om zelf te plannen. Verdeel zaken als spelen, school, huiswerk, werk en vrije tijd in overzichtelijke blokken.
  • Lees meer over autisme om deze mensen nog beter te begrijpen en ook aanknopingspunten te vinden voor begeleiding.
  • Er zijn veel oudercontactgroepen, groepen voor partners, broertjes en zusjes en mensen met autisme zelf. Zowel op internet als echt ontmoetingen. Het kan een steun zijn om ervaringen te delen. Zie www.autisme.nl voor meer informatie.
  • Er is veel begeleiding voor mensen met autisme en hun omgeving. Informeer hiernaar bij de Nederlandse Vereniging voor Autisme, www.autisme.nl.

Meer informatie en hulp

Organisaties

  • Op veel plaatsen in Nederland zijn speciale ‘Autisme Info Centra’. Zie autilook.nl voor een infocentrum bij jou in de buurt.
  • Balans, vereniging voor ouders van kinderen met een ontwikkelingsstoornis waaronder stoornis van Asperger en PDD-NOS. www.balansdigitaal.nl. Informatie- en Advieslijn: 0900 – 20 200 65 (€ 0,25/min.)
  • PAS is de onafhankelijke belangenvereniging voor en door normaal- tot hoogbegaafde volwassen Personen uit het Autisme Spectrum, www.pasnederland.nl.

Websites


ZIT JIJ NU MET VRAGEN OF EEN PROBLEEM?
TIP 1 : Check jezelf met de anonieme Zelftest op Mindmasters.nl
TIP 2 : Kijk op onze contact pagina hoe je een vraag kunt stellen aan de coach van Mindmasters
TIP 3 : Plaats hieronder een reactie op dit artikel
TIP 4 : Weet dat je altijd bij je huisarts terecht kunt

24 reacties

  1. 21-08-2018 14:45

    Beste moeder,

    Dank voor uw beide reacties. Wat goed van uw dochter dat zij nog steeds naar oplossingen zoekt om met andere jongeren in contact te komen.
    Wat betreft de autismeapp. Daarvoor is het misschien de moeite waard om contact op te nemen met de Nederlandse Vereninging voor Autisme om te vragen of er plannen zijn om de app weer werkend te maken. Voor contactgegevens kunt u kijken op http://www.autisme.nl.

    Daarnaast kunt u kijken of er bij u in de omgeving een Autisme Informatie Centrum (AIC) is. Op de site van de NVA kunt u de adressen vinden. Bij het AIC weten ze goed wat voor activiteiten er bij u in de omgeving worden georganiseerd voor jongeren met autisme. In verschillende gemeenten zijn bijvoorbeeld autismesozen en logeerhuizen en/of worden er vakantiekampen georganiseerd. U kunt ook informeren of er in de gemeente zogenoemde maatjesprojecten of vriendenkringen zijn waar uw dochter misschien profijt van kan hebben. De NVA kent regionale afdelingen. Ook daar kunt u vragen welke activiteiten zij organiseren en misschien zelfs voorstellen om iets te organiseren voor jongeren als dat er nog niet is.

    Naast de contacten op sociaal gebied, hoop ik dat uw dochter ook begeleiding krijgt voor haar autisme en depressie. Zo niet, dan raad ik u dringend aan om een afspraak te maken met de huisarts en jullie zorgen te bespreken. En te kijken welke hulp er voor uw dochter is en misschien ook voor u en/of nog broertjes en zusjes. Bij een aantal GGZ instellingen zijn bv groepen voor jongeren met autisme en ook groepen voor ouders en broertjes en zusjes van kinderen met autisme.

    Ik hoop dat u met deze informatie verder kunt en een fijne omgeving vindt voor uw dochter!

    Vriendelijke groet, Isja van http://www.mindmasters.nl

    Door: Isja Mindmasters
  2. 19-08-2018 11:33

    Ik heb net een mail gestuurd over de autismeapp voor lotgenotencontact voor jongeren.

    De reviews bevestigen ons vermoeden.
    https://play.google.com/store/apps/details?id=nl.indicia.autthere&rdid=nl.indicia.autthere&showAllReviews=true

    Als er alternatieven zijn,, of deze app kan alsnog werkend worden gemaakt en in de markt worden gezet, dan horen wij dat intens graag. De reacties geven aan dat er zeker behoefte is.

    groet, Moeder

    Door: Moeder
  3. 19-08-2018 11:25

    Mijn dochter van 14 jaar heeft autisme en is door alles wat zij heeft meegemaakt, zeer depressief en eenzaam. Maar ook moedig want ze probeert nog steeds naar oplossingen te zoeken. Voor lotgenotencontact verwijzen jullie naar autisme.nl. Daar wordt inderdaad een app aangeboden voor jongeren, maar voor mijn dochter biedt die geen aanknopingspunten en/of lotgenoten van haar leeftijd. We hebben de indruk – maar daar kunnen we naast zitten – dat die weinig wordt gebruikt. Wat zijn alternatieven? Wij kunnen ze niet vinden. Graag uw hulp! Dank!

    Door: Moeder
  4. 09-01-2018 13:59

    Beste Cor,

    Wat fijn om te lezen dat de diagnose Asperger voor jou zoveel inzicht heeft gegeven waardoor je beter begrijpt waarom je je in het verleden niet altijd op je plek hebt gevoeld. En minstens zo belangrijk dat je nu ook voor het heden en toekomst beter kan beslissen wat je wel en niet wil, kan en doet.
    We horen dat wel vaker van mensen die op wat latere leeftijd een diagnose in het autisme spectrum krijgen. Dat het vaak vooral een opluchting is. Soms ook verdriet om wat er in het verleden misschien anders had gekund. Maar het inzicht waarom dat niet is gelukt, biedt dan ook weer troost of acceptatie.

    Ik wens je alle goeds en dank voor je positieve verhaal!

    Groetjes, Isja van http://www.mindmasters.nl

    Door: Isja